Vervoer is onmisbaar. Al is het maar dat we even boodschappen willen doen, onze vrienden of familie willen bezoeken of verwacht worden op de onderwijsinstelling of het werk: iedereen heeft er mee te maken. Toch is vervoer niet altijd vanzelfsprekend. De laatste weken zijn de prijzen voor fossiele brandstoffen de pan uitgerezen. Dat laat onze afhankelijkheid van geïmporteerde brandstoffen nog maar eens pijnlijk zien. Bovendien roepen experts al jaren dat we ons vervoer moeten veranderen, omdat het een grote bijdrage levert aan de uitstoot van schadelijke stoffen. Ten slotte wordt het geluid steeds sterker dat de fossiele brandstoffen eindig zijn en dat we deze eeuw nog weleens zonder moeten gaan doen. Daarom zijn de volgende twee dingen essentieel: vermindering van gereden kilometers en optimaal gebruik van vervoersmiddelen. Hoe ziet SGP-jongeren het vervoer van de toekomst?
De meeste auto's in Nederland hebben een verbrandingsmotor en stoten daarom schadelijke stoffen uit. Daarnaast maken ze ook gebruik van energie die uit eindige bronnen komt én geïmporteerd moet worden. Als oplossing hiervoor heeft de overheid de afgelopen jaren ingezet op de elektrische auto. Door middel van subsidies en belastingvoordelen werd het voor bedrijven en consumenten aantrekkelijk gemaakt een elektrische auto te kopen. Dat heeft ertoe geleid dat tot en met januari 2022 ruim 390.000 auto's met een elektromotor rondrijden op de Nederlandse wegen, waarvan bijna 250.000 volledig elektrisch.
Elektrisch: dé oplossing?!
Elektrisch rijden zorgt niet voor schadelijke uitstoot en de gebruikte energie kan duurzaam worden opgewekt, maar toch zijn er enkele grote nadelen verbonden aan de elektrische auto. Voor de productie zijn zware metalen nodig, die maar beperkt aanwezig zijn op aarde. De winning van deze metalen vindt vaak onder slechte werkomstandigheden plaats in landen waar Nederland niet graag afhankelijk van wil zijn, zoals China. Daarnaast wordt bij de productie van een elektrische auto ook schadelijke stoffen uitgestoten, hoewel dat een stuk minder is dan bij benzine- en dieselauto's. Het is dus niet verstandig om alle auto's met een verbrandingsmotor zonder meer te vervangen door auto's met een elektromotor. We moeten ons niet blindstaren op elektrisch rijden, hoewel het zeker wel als een deel van de oplossing gezien kan worden.
Gereden kilometers moeten omlaag
Het vervoer van de toekomst moet erop gericht zijn het aantal gereden kilometers omlaag te brengen. Het aantal gereden kilometers bepaalt immers de benodigde energie en energie moet bespaard worden. Het openbaar vervoer is een uitstekend middel om het aantal kilometers terug te brengen. Treinen en bussen moeten dan wel een alternatief worden voor de auto. Hiervoor moet het OV allereerst goedkoper worden. Dit kan de overheid stimuleren door meer geld te investeren in het openbaar vervoer. Ook de beschikbare verbindingen moeten uitgebreid worden om het OV aantrekkelijker te laten zijn. Hiervoor zijn investeringen nodig in de infrastructuur, vooral buiten de Randstad en in de buitengebieden.
Een tweede manier om het aantal kilometers omlaag te brengen, is het invoeren van rekeningrijden als vervanging van de huidige motorrijtuigenbelasting. Daarmee wordt het gebruik van een auto belast, in plaats van het bezit van een auto. Hierdoor is er een financiële prikkel om samen te reizen en de auto uit te lenen aan de buren.
Maak deelvervoer makkelijker
Naast het verminderen van de gereden kilometers is het ook belangrijk de beschikbare vervoersmiddelen zo optimaal mogelijk in te zetten. Deelvervoer is hiervoor uiterst geschikt. Auto's, scooters en fietsen kunnen daardoor door meer mensen gebruikt worden, waardoor ze minder stilstaan en dus efficiënter ingezet worden. Momenteel is deelvervoer echter nog relatief duur en alleen beschikbaar in dichtbevolkte gebieden. De overheid kan het gebruik van deelauto's bevorderen door bijvoorbeeld belastingvoordelen toe te kennen aan deelauto's.
Transformeren van vervoer is zo eenvoudig nog niet. Wij als SGP-jongeren zien het vervoer van de toekomst als een puzzel met verschillende stukjes. Als eerste is het belangrijk dat de overheid openbaar vervoer stimuleert en aantrekkelijker maakt door te investeren in betere verbindingen, ook buiten de Randstad. Als tweede moet het gebruik van een auto worden belast in plaats van het bezit van een auto, om zo de daadwerkelijke verbruiker aan te pakken. Door middel van een kilometerheffing, het zogenoemde ‘rekeningrijden’ kan de overheid hier vorm aan geven. Als laatste moet het gebruik van elektrisch deelvervoer worden gestimuleerd door het goedkoper en makkelijker te maken. Op deze manier komen we uit op een duurzame, betrouwbare en nieuwe vorm van vervoer!